“Soms pieker ik over de mensen die me kwaad willen doen, maar nu kan ik dat piekeren onderbreken en iets anders gaan doen: sorry gepieker, ik moet je even onderbreken , want….” (deelnemer WIT)

In Nieuwsbrief 117 werd een overzicht besproken van factoren die belangrijk zijn bij het ontstaan van overmatige achterdocht, die tevens mogelijk te beïnvloeden zijn met behandeling (Freeman & Garety, 2014). Een van die factoren is piekeren. Veel personen met overmatige achterdocht hebben herhaalde negatieve gedachten over het meest erge wat hen staat te gebeuren, over de mensen die hen kwaad willen doen, over wat dat betekent, etc. Het veel zorgen maken hierover leidt tot verhoogde stress en angst.

Internationale paranoia experts vermoedden al langer dat piekeren een oorzakelijke factor is in het ontwikkelen en in stand houden van overmatige achterdocht, en eerdere studies, zoals bovengenoemd, gaven daarvoor ook aanwijzingen. De vraag is of dit piekeren nu ook te beïnvloeden is met behandeling? En nog belangrijker, als het lukt om minder te piekeren, leidt dat dan ook tot een afname van achterdocht?
Be Happy
Een groep Britse paranoia experts uit Oxford en Southampton onderzochten het effect van een kortdurende cognitieve gedragstherapeutische interventie gericht op piekeren bij overmatige achterdocht. Deze studie staat bekend als WIT (Worry Intervention Trial). Er werden 150 deelnemers met psychotische symptomen geworven bij wie sprake was van overmatige achterdocht gedurende tenminste drie maanden. Alle deelnemers maakten zich ook veel zorgen. Bij de helft werden naast de standaard behandeling ook zes sessies cognitieve gedragstherapie aangeboden (in een periode van maximaal 8 weken), gericht op piekeren. De andere helft ontving alleen de standaardbehandeling. Na acht weken hadden de mensen in de CGT voor piekeren conditie, in vergelijking met de groep die alleen standaardbehandeling kreeg, niet alleen beduidend minder last van piekeren, maar ook van achterdocht. Ook na 24 weken bleef die vermindering behouden. Interessant daarbij is dat de verandering van overmatige achterdocht voor tweederde leek te kunnen worden verklaard door de afname in piekeren. Dit is natuurlijk een veelbelovend resultaat, zeker gezien het feit dat het een relatief korte interventie betreft die praktisch goed toegevoegd kan worden aan standaard behandeling van overmatige achterdocht.

Freeman, D., Dunn, G., Startup, H., Pugh, K., Cordwell, J., Mander, H., …Kingdon, D. (2015). Effects of cognitive behaviour therapy for worry on persecutory delusions in patients with psychosis (WIT): a parallel, single-blind, randomised controlled trial with a mediation analysis. Published online March 4, 2015 http://dx.doi.org/10.1016/S2215-0366(15)00039-5

www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/23171601