Voor patiënten met een verhoogd risico voor psychose (UHR) is aangetoond dat cognitieve gedragstherapie (CGT) de kans op transitie naar psychose vermindert. Maar als er alleen naar de aan- of afwezigheid van psychose wordt gekeken, gaat er eigenlijk veel informatie verloren. Iemand kan ook last hebben van klachten zonder dat aan de criteria voor een psychotische stoornis is voldaan. De onderzoekers van deze studie hebben wederom bekeken of CGT de kans op psychose kan verminderen, maar ook hebben ze breder gekeken: naar andere klachten en de mate van functioneren.
In de studie werd een groep van 30 UHR patiënten vergeleken met een groep van 27 patiënten in een controle conditie. In de controlegroep werd een behandeling aangeboden met evenveel aandacht maar zonder CGT, om te controleren voor non-specifieke aspecten van therapeutisch contact. De CGT behandeling bestond uit maximaal 26 sessies verdeeld over 6 maanden. Twaalf maanden na de studie vond een follow-up meting plaats. De interviewers waren blind voor welke interventie de deelnemers hadden ontvangen.
Van de in totaal 57 deelnemers maakten 3 deelnemers (5%) een transitie naar een psychose door. Deze deelnemers zaten allemaal in de (experimentele) CGT groep. Tussen de groepen werd geen significant verschil gevonden in de frequentie en intensiteit van subklinische psychotische symptomen, angstklachten, depressie of globaal functioneren. Wel ervaarden de deelnemers in de controlegroep minder last ten aanzien van de subklinische psychotische klachten.
Dit is een tegenvallende studie; er kon geen effect van CGT worden aangetoond. Hierbij speelt een rol dat het aantal mensen dat een psychose kreeg überhaupt erg laag was (5%). Hierdoor kan toeval een grote rol gaan spelen omtrent in welke groep deze psychosen optreden. Echter, op de andere klinische uitkomsten werd ook geen effect van CGT aangetoond. Mogelijk was de groep in zijn geheel niet zo erg ziek en met een relatief lage kans op psychose. De groep was jonger (gemiddeld 16 jaar oud) dan in de meeste CGT voor UHR trials; wat samen kan gaan met minder kans op psychose. Ook hadden de onderzoekers het functionering-criterium niet gehanteerd; ze lieten mensen toe met relatief hoog niveau van functioneren. Dat is in Nederland niet de strategie; daar bieden we CGT alleen aan als het functioneren, samenhangend met de subklinische symptomen, verlaagd is. De huidige Nederlandse strategie is wel aangetoond effectief; en in een meta-analyse van tien soortgelijke studies is gebleken dat vroege interventie bij deze doelgroep helpt. Het werkt bovendien kostenbesparend. CGt-UHR werkt voor 16+. Bij jongeren (12-16) werkt het niet echt. Zie ook deze factsheet: …..