Van erotomanie is sprake wanneer iemand er zeer sterk van overtuigd is dat een ander verliefd is op hem/haar, terwijl daar absoluut geen sprake van is. Dit kan veel problemen geven, voor beide partijen. Hoewel het niet vaak voorkomt, kunnen we ons wel afvragen hoe zo’n overtuiging ontstaat, en hoe we in voorkomende gevallen mensen met die overtuiging kunnen helpen.
De Fransman De Clérambault was de eerste die erotomanie beschreef. Hij benadrukte dat bij erotomanie de persoon er ook van overtuigd was dat de ander meestal een (aantrekkelijke of hoge) sociale status had en vanwege die status om diplomatieke redenen ontoegankelijk en afzijdig moest blijven. Een aannemelijke verklaring dus voor de expliciete ontkenning door de ander dat hij/zij verliefd zou zijn. Erotomanie komt als psychiatrische stoornis evenveel voor bij mannen als bij vrouwen. Het ontwikkelt zich vaak na de pubertijd wanneer voor het eerst idealen over liefde en geïdealiseerde liefdesobjecten vorm krijgen. Personen met een negatief zelfbeeld en gevoelens van eenzaamheid en sociale afwijzing zijn extra kwetsbaar voor het ontwikkelen van erotomanie.
De Canadese onderzoekster Mary Seeman beschreef in een gevalsstudie zes vrouwen met erotomanie. Uit hun rapportages komt naar voren dat in alle zes gevallen een toestand van ongewone emotionele opwinding voorafging aan het ontstaan van de overtuiging, en dat deze toestand werd uitgelokt door o.a. angst, alcohol, hoge koorts, farmacologische middelen, uitdroging, hormonale ontregeling, e.d. Onder deze ongewone omstandigheden, ervoer men een beladen sfeer van opgetogenheid, onvoorspelbaarheid en onbevattelijkheid waarin niets vertrouwds leek en alles belangrijk leek. De hiermee gepaard gaande gewaarwording van sterke lichamelijke sensaties zoals een versnelde hartslag, blozen, heftigere ademhaling en versnelde gedachten werden geïnterpreteerd als gevoelens van verliefdheid en gericht op de meest beschikbare persoon in de directe omgeving.
Erotomanie ontstaat niet voor niets tijdens perioden van stress omdat dan de behoefte aan hechting groot is en bescherming gezocht wordt bij een krachtige persoon. De uitverkorene is meestal een gerespecteerde of door velen bewonderde persoon of iemand met aantrekkelijke eigenschappen. De ontmoeting met de ander wordt niet meer beleefd als toevallig, maar als een bewust bedoelde samenkomst. Gezichtsuitdrukkingen, aandacht, of specifieke gebaren worden verkeerd geïnterpreteerd als erotische belangstelling. De persoon met erotomanie begint te geloven dat de verliefde op subtiele, non-verbale wijze contact probeert te maken en neutrale stimuli krijgen grote persoonlijke betekenis.
In de kern is het vier-componenten neuropsychiatrische model van psychose, zoals beschreven door Van der Gaag (2006) ook van toepassing bij het ontstaan en voortbestaan van erotomanie. Een biologische component die leidt tot afwijkende waarnemingen en opmerkelijke stimuli, een cognitieve component die de ongewone gebeurtenissen poogt te verklaren, een mediërende component van cognitieve tendensen die het proces van redeneren beïnvloeden, en een consoliderende component die de erotomanie versterkt en falsificatie ervan voorkomt. Behalve de confirmatietendens (of de tendens om strijdige informatie te negeren), en selectieve waarneming, noemt Seeman ook de egocentrische tendens en de intentionaliteit tendens. Bij deze laatste tendens worden neutrale objecten in de omgeving waargenomen als een patroon die een speciale persoonlijke boodschap uitzenden. Niets is meer toeval.
Seeman beveelt een behandeling aan die bestaat uit drie stadia. Allereerst is het van belang samen met de cliënt te onderzoeken welke psychologische factoren ten grondslag liggen aan het ontstaan en voortbestaan van erotomanie. In het tweede stadium vinden interventies plaats gericht op sociale steun en op herstel van positieve zelfwaarde en zelfbeeld. Het is essentieel om daarbij de cliënt zijn/haar verhaal in alle detail te laten vertellen. In het derde stadium worden geleidelijk aan cognitief gedragstherapeutische interventies ingezet, onder andere gericht op het corrigeren van de cognitieve tendensen. Farmacotherapie en risicomanagement vormen eveneens integraal onderdelen van de behandeling.
Seeman, M.V. (2016). Erotomania and recommendations for treatment. Psychiatr Q, 87(2), 355-64. Artikel
Van der Gaag, M. (2006). A neuropsychiatric model of biological and psychological processes in the remission of delusions and auditory hallucinations. Schizophrenia Bulletin, 32, S113-S122. Artikel