Zo simpel als deze titel klinkt, zo ingewikkeld zijn de statistische analyses die onder deze uitspraak liggen. Een groep wetenschappers is aan de slag gegaan om de relatie tussen psychotische symptomen (hallucinaties en achterdocht), neurotische symptomen (depressie, angst, piekeren, slapeloosheid) en middelengebruik (cannabis en alcohol) te onderzoeken. Ze deden dat in een groep van ruim 8500 mensen in de algemene populatie at baseline en nog eens bij 2400 mensen 18 maanden later.
Vernieuwend aan deze studie -naast de groepsgrootte en het longitudinale karakter- zijn de statistische analyses die zijn gebruikt. Er werd gebruik gemaakt van een dynamische Bayesiaanse netwerk analyses waarmee de relaties tussen de variabelen uiteindelijk in een figuur (een directed acyclic graph) mooi visueel gemaakt kunnen worden. Er werden grofweg twee analyses gegaan:
- cross-sectioneel: hoe zijn de verschillende symptomen met elkaar verbonden op meetmoment 1 en meetmoment 2?
- longitudinaal: hoe zijn de verschillende symptomen met elkaar verbonden tussen de verschillende meetmomenten?
Het antwoord op deze twee vragen kan het beste weergegeven worden in een figuur dat uit het artikel komt. Het bovenste blauwe blok staat voor meetmoment 1 en het onderste blauwe blok voor meetmoment 2. De blauwe pijlen geven de relaties weer tussen de symptomen op één meetmoment (dat zijn dus de resultaten van de cross-sectionele analyses). De rode pijlen geven de relaties weer tussen de symptomen op de verschillende meetmomenten (dat zijn dus de resultaten van de longitudinale analyses). De richting van de pijl geeft ook de richting van de relatie aan.
De resultaten van de cross-sectionele analyses laten zien dat piekeren een centrale rol heeft met directe effecten op slapeloosheid, depressie, angst en cannabisgebruik en indirecte effecten op cannabisafhankelijkheid en problematisch alcoholgebruik. Er is ook een relatie tussen piekeren en achterdocht gevonden maar die lijkt beide kanten op te gaan. Piekeren lijkt beperkt gerelateerd aan angst en hallucinaties. Verder blijken achterdocht en hallucinaties aan elkaar gerelateerd (over-en-weer) en hebben hallucinaties verder geen enkele directe link met een ander symptoom dat hier gemeten was (behalve dan een beperkte relatie met piekeren).
De resultaten van de longitudinale analyses (dus tussen de blokken op dit plaatje) laten zien dat gegeneraliseerde angst, piekeren, slaapproblemen en achterdocht op tijdmoment 1 sterk gerelateerd zijn aan zichzelf op tijdmoment 2. Dit wijst erop dat deze symptomen persisteren over de tijd. Hetzelfde geldt voor hallucinaties maar dan in mindere mate. En de verschillende vormen van middelengebruik zijn ook sterk aan elkaar gerelateerd. De enige duidelijke link tussen de psychotische en neurotische symptomen over tijd was die tussen achterdocht en piekeren (over-en-weer).
Deze studie laat zien dat de sterkste relaties werden gevonden binnen de symptomen: angst voorspelt angst, piekeren voorspelt piekeren en achterdocht voorspelt achterdocht. Symptomen zijn dus persistent over de tijd. Verder is er een duidelijke relatie tussen piekeren en achterdocht, zowel cross-sectioneel als longitudinaal. Deze symptomen versterken elkaar dus in ernst. Hierop concluderen de onderzoekers dat het behandelen van het ene symptoom ook effect zal hebben op de ernst van het andere en dat het hierbij mogelijk niet veel uitmaakt welk symptoom wordt gekozen. Interessant is dat er geen effect werd gevonden van cannabisgebruik op achterdocht tijdens meetmoment 2.
Hoe langer je naar het plaatje kijkt, hoe meer dingen op kunnen vallen. Deze analyses roepen veel nieuwe onderzoeksvragen op die dieper in kunnen gaan op de mechanismes onderliggend aan de relaties tussen de symptomen. En de auteurs lijken zich vooral zorgen te maken om het piekeren en roepen ons op daar aandacht voor te hebben en mee aan de slag te gaan.