We weten al langer dat mensen met psychoses veel vaker slachtoffer van geweld en mishandeling in de kindertijd zijn dan gemiddeld. Dit kan een nadelige invloed hebben op iemands geestelijke gezondheid en herstel. In zorgstandaarden komt hier steeds meer aandacht voor. Een groep Engelse onderzoekers onderzocht of er verschillende slachtofferprofielen te vinden zijn bij mensen met een psychose.
Mensen met een psychose rapporteren meer interpersoonlijke trauma’s in de kindertijd in vergelijking met de algemene populatie. In zowel nationale als internationale zorgstandaarden worden steeds vaker gewezen op het belang van het opsporen (en behandelen) van de gevolgen van trauma’s bij mensen met psychose, maar in de klinische praktijk gebeurt dit helaas vaak nog te weinig. Uit een recente enquête in Engeland is bijvoorbeeld gebleken dat in veel ggz-instellingen niet wordt geïnformeerd naar ervaringen van misbruik en/of mishandeling in iemands leven; en dat trauma screeningsvragen soms niet specifiek genoeg waren. Engelse onderzoekers hebben daarom het plan gevat om zowel de prevalentie van trauma’s bij psychose te onderzoeken, als ook de context waarin de trauma’s gebeurden. Een beter begrip van traumaprofielen zou kunnen helpen om te bepalen hoe we routinematig naar traumatische gebeurtenissen in de psychosezorg moeten vragen.
De steekproef bestond uit deelnemers van twee gerandomiseerde experimentele onderzoeken naar cognitieve mechanismen bij wanen. De deelnemers waren tussen 18-65 jaar oud en gediagnosticeerd met een schizofrenie-spectrum diagnose en er was sprake van een recente waan. Iedereen moest ook trauma’s hebben meegemaakt. Er werd gebruik gemaakt van de Trauma History Questionnaire (THQ). De THQ is een gestructureerd interview dat de levenslange blootstelling aan slachtofferschap (d.w.z. seksueel, fysiek en emotioneel misbruik) en niet-slachtoffertrauma (d.w.z. ongeval, ziekte, natuurrampen) beoordeelt. Alle gebeurtenissen werden gecodeerd op basis van incidentie in de kindertijd, volwassenheid en levenslang.
In totaal hebben 146 deelnemers alle lijsten ingevuld en rapporteerden minstens één slachtofferschap. 50.3% rapporteerde gepest te zijn, 35.5% had seksuele ervaringen tegen de zin in meegemaakt, 34.7% huiselijk geweld, 16.8% verkrachting, 18% aanval met een wapen en 19.2% moederlijke verwaarlozing. Vervolgens is er een latente klassenanalyse (LCA) uitgevoerd op basis van de traumatypes die ze over hun kindertijd rapporteerden. Er kwamen vier klassen uit naar voren: (1) emotionele mishandeling en verwaarlozing (n=29), (2) fysiek misbruik (n=14), (3) seksueel misbruik (n=19) en (4) meervoudig slachtofferschap (n=84). Het waren vooral vrouwen met psychose die meervoudig slachtofferschap hebben meegemaakt.
Kortom, deze studie toont weer aan dat mensen met psychose vaker verschillende soorten interpersoonlijke trauma’s meemaken dan mensen in de algemene populatie. Meervoudig slachtofferschap komt het vaakst voor. Al met al is dit wederom een pleidooi voor het screenen op trauma bij mensen met psychose. Hierbij moet aandacht zijn voor het opsporen van verscheidene en herhaalde trauma’s, patronen in de traumatische ervaringen, en de contexten die zelf traumatiserend kunnen zijn of de kans en impact van andere trauma’s weer vergroten, zoals verwaarlozing en hechting-ontwrichtende situaties.